maandag 6 april 2020

Eenzaamheidsimmuniteit


In de weilanden achter mijn huis staat een kudde opvallend gespierde koeien die me als ik er langsloop altijd angstige stierenvechtersvisioenen geeft, waardoor ik sneller begin te lopen op dit stuk van mijn dagelijkse wandeling. De laatste keer viel me op dat er een koe in een omheining apart gezet was. Ik kon niet ontdekken waarom, de stieren zaten met z’n tweeën achter een hek en de kalfjes stonden ook op een ander veld. Mijn kennis van melkdieren is beperkt dus ik weet niet of er meer categorieën zijn. Het trof me dat de geïsoleerde koe iets menselijks had, zoals ze met gesloten ogen en haar kop naar de zon opgeheven op de grond lag.

Terwijl ik gister langs de koeien liep en ingehaald werd door stellen op de fiets, ouders met kinderen in een bolderkar en groepjes stoeiende honden, realiseerde ik me dat ik me eenzaam voelde. Dat was voor het eerst in drie weken en ik maakte een mentale notitie van dit termijn. Goed om te weten dat hier mijn max ligt.

Ik hoef waarschijnlijk niemand uit te leggen dat alleen-zijn en eenzaamheid niet hetzelfde is. Eenzaamheid is een verhevigde vorm van alleen-zijn; om eenzaam te zijn moet je ervan bewust zijn dat je alleen bent. Vaak is dat niet het geval, wanneer je aan het werk bent of een activiteit onderneemt die je sowieso alleen moet doen. De fietsende stellen, kinderen in bolderkarren en stoeiende honden maakten mij er van bewust dat wandelen niet een solitaire bezigheid hoeft te zijn.

In mijn eerste jaren als student voelde ik me vaak eenzaam, omdat mijn sociale leven niet strookte met het beeld dat ik van het studentenleven had. Ik woonde in dezelfde straat als mijn broer en ging bijna elk weekend bij hem The X-files kijken en hoe gezellig dit ook was, het maakte mijn gevoel van eenzaamheid alleen maar erger, want dat ik mijn broer nog steeds nodig had als sociaal vangnet benadrukte het gebrek aan feesten en studieborrels alleen maar.

Met het verstrijken van de jaren maakte ik steeds meer nieuwe vrienden en leerde ik ook beter alleen te zijn. Toen ik ging werken verdween het gevoel dat ik aan een sociaal ideaalbeeld moest voldoen en hoewel ik als freelancer veel vanuit huis werkte, voelde ik me zelden eenzaam. Eén sociale afspraak per week en een paar dagen werken op kantoor was voor mij genoeg.

De afgelopen week had ik het gevoel dat iedereen ineens mijn leven leefde. Klachten over eenzaamheid vond ik irritant, niet alleen omdat ze niet opwogen tegen het daadwerkelijk probleem waar we nu mee kampen, maar ook omdat ik die klachten beschouwde als een belediging van mijn levensstijl.

In een periode van quarantaine is thuiszitten en alleen-zijn de algemene norm. Zoals ik al schreef moet je je bewust zijn van het alleen-zijn om je eenzaam te voelen, maar nu de keuze voor isolement van mij geen anomalie meer maakt, nu het isolement überhaupt geen keuze meer is, sta ik er nauwelijks nog bij stil dat ik alleen ben. Het laat wat mij betreft heel duidelijk zien hoe sociale en maatschappelijke normen nauw verweven zijn met onze individuele, persoonlijke gevoelens.

Mijn ergernis over de eenzaamheidsklachten van anderen is dus verklaarbaar, maar daardoor niet minder kinderachtig. Door mijn gewenning aan een solitair leven heb ik immers al een voorsprong, een voorsprong die in deze periode van crisis waarschijnlijk ook niet in te halen is door mensen die gewend zijn aan veel sociaal contact. Zoals de voorsprong van de schildpad door de haas in de bekende fabel ook niet in te halen is.

In het nieuws las ik afgelopen week dat de ijsvogel in opkomst is. Door de zachte winter is de vogel in goede conditie en volgens experts zitten de parken nu vol met de normaal zo schuwe vogel. Dat deze coronatijd ook een bloeiperiode voor introverte wezens kan zijn, is een van deze vele onverwachte gevolgen van de crisis.

Toch is de limiet van mijn eenzaamheidsimmuniteit nu wel bereikt en ik troost me met het beeld van alle dieren die op het moment de stad overnemen. De vissen die naar het schijnt weer in scholen door de grachten zwemmen, bevers die hun grond terugclaimen en de vele duiven die op 4 mei zonder ons dodenherdenking zullen houden op de dam.

Geen opmerkingen: