maandag 31 oktober 2011

#1

Het is toetsweek. In mijn pauzes keek ik filmpjes van mannen die pannekoeken bakken (die zijn er veelal en divers), tot ik besloot dat ik die tijd beter kan gebruiken iets te vinden wat mooi is, om het te plaatsen, hier.


Het onderling contact

Toen zij tegenover mij zat, begreep ik dat zij op dezelfde
minuut was afgesteld als de trein, dat zij op zondag een
ander aanbad dan het water waarin ik bij voorkeur zou
baden. Haar haren lagen rond haar hoofd als een al te
kwetsbaar nest. Haar ogen spraken alles tegen wat ik dacht.

De nieuwe dienstregeling heeft al die aanknopingspunten
verlegd. Onze wapens waren tegenstrijdig en daarop niet
bedacht.

Gerrit Bakker

vrijdag 28 oktober 2011

'Ja, het is waar, maar het is altijd anders.'

Voordat ik jou ontmoette

De dingen die je schrijft als je niet mag stoppen en het is twee uur 's nachts

Pak hand op zweep en dan naar het circus morgenvroeg is het ook weer laat en we moesten nog zo veel dus we leven nog steeds vochtig is de benaming die we geven voor vandaag in het bloemenperk strooien met hagel en vliegen zoemen bzz bzz om je hoofd waarvan de haren rood net als die jongen in het jeugdjournaal waarvan je zei dat hij zo op Hendrik leek. / Zwemmen zwemmen en steeds klappen uitdelen aan het water tot je douchen mag straks mag je douchen zonder badpak verzadigd badpak met velle kleuren en vol vlekken die niet van jou zijn moet je hem maar niet lenen jij ach jij met je rotkop en je sproeten straks naar huis met je natte haar en drogen in je nachtkussen maar nu eerst schamen.

Want als het nacht is dan schrijf je felle helemaal niet meer met een f.

Anoniem blijven

You have a serious problem of distorting reality. You could sleep with the entire planet and still feel rejected.
- Stéphanie in The Science of Sleep

In de kamer hierboven zijn ze aan het poolen. Ik hoor het aan het tikken van de keu tegen de bal, de vele voetstappen en het gejuich, soms. In de kamer hierboven is het wel gezellig.

Ik ben moe. Ik heb mijn vader al vele dagen niet opgezocht en de vis moet gevoerd worden. Die gedachten maakt me nog moeier. En het gepool van boven. Tik-tik. Slapen.

Als ik mezelf zover heb eindelijk uit bed te komen, zie ik dat ik de gordijnen open heb gelaten. Ik loop naar het raam en kijk naar beneden. Als ik eenmaal begin met mensen kijken kan ik niet stoppen, het oefent een onbedwingbare aantrekkingskracht op me uit. De mensen zijn als een vlam.

Gister in de trein was ik iemand tegengekomen, perfect voor een recensie. Het was een dunne man van rond de zestig, met wenkbrauwen die ik af wilde knippen. Hij rookte pijp (dat zag je aan zijn tanden), maar omdat je in de trein niet mag roken, maakte hij steeds zenuwachtige smakbewegingen met zijn mond. En hij las een boek, hoewel, niet echt. Volgens mij luisterde hij naar het gesprek achter hem, wat ging over de bedpraktijken van een studiegenoot van de sprekers. Dat het zijn interesse lokte was dus niet verwonderlijk. Zijn kleding bestond uit het soort kaki-bruin-grijze kleurpalet dat veel van die oudjes dragen, en hij droeg een platte body-warmer. Het feit dat hij af en toe commentaar mompelde op het gesprek achter hem, maakte dat ik dit een heerlijke meneer vond. Toen zijn rit afgelopen was (in Rosendaal, meende ik) stond de meneer op en zag ik wat voor boek hij las.'Gek op Egels - of hoe egels de wereld redden' van Hugh Warwick. Ik gaf de meneer vijf sterren.

Ik was met de trein voor het weekend naar mijn moeder gegaan. Mijn moeder, die in Limburg woont. Limburg. Waar ze nooit slapen.

Sinds ik naar Amsterdam ben verhuisd ben ik weinig buiten geweest. Pleinvrees zal ik het niet noemen, meer een soort weerzin, me te begeven tussen de mensen die ik zo vaak van bovenaf bekijk. Het is niet eens gericht tegen die mensen zelf. Ik blijf gewoon liever boven.

Ik kleed me aan en voel dat de wind zich een weg door de kier van het raam had gebaand, en mij nu zit te bestoken met zijn kou. Het is herfst, de zon schijnt. Terwijl ik mijn sokken aandoe denk ik:

wie schrijft er eigenlijk een recensie over mij?
Sinds een aantal dagen heb ik een heuse liefde voor Wim Helsen opgevat.

En ik weet best, het is helemaal niet leuk, een blog vol filmpjes. Maar dit is mijn blog dus ik doe ermee wat ik wil.


Het is wel duidelijk dat hij niet deugt. Maar dat mag ik wel. Zo vind ik het heel leuk dat hij in zijn stukje 'gedicht' ineens schreeuwt: 'Ik zou U gaarne ripostelen!' Wat dat ook betekenen mag.




Wim Helsen had een tijdje zijn eigen programma op Eén. Daarin droeg hij gedichten voor maar ouwehoerde vooral de halve aflevering vol. Waarvoor ik hem benijd.





Hoppa!

zondag 23 oktober 2011

Mosselroute

Ik heb zin
om een mosselroute
te lopen. Over wegen
die ik zelf
met blote handen heb gemaakt.

Op een eiland van paperassen,
origami, vliegertjes.

En dan op die mosselroute
iemands maagdenvlies doorrammen
met een zeis van staal
of een peer.

Ik heb zin om een mosselroute te lopen,
ach, weet ik veel.

-


Waarschijnlijk een van de meest inhoudloze, perverse gedichten ooit door mij gemaakt. Misschien zegt het iets over vandaag of zo. Ik wil wereldberoemd worden maar ik heb geen masterplan (even maken, reminder aan mezelf). Heeft er iemand met ervaring een idee?
Binnenkort: een liefdevolle ode aan kutstad Sneek.

vrijdag 21 oktober 2011

Oh jij
jij bent zo’n grote meneer
er verschijnt iets uit jou

en een geluid dat zich wil wreken


en oh ik,
ik modderstroom,
tot aan je enkels
ik kan je niet aanraken,
ik kan hier niet vandaan.

Van je stem kan ik me niets herinneren
maar wat je zei vergeet ik niet.

*

vaak moest ik lachen ook,

kuierde je bulderend achter me aan.
En viel om van wat ik niet wist

*

nu jij:
jij hebt je eigen leven
en ik misschien,
ik kan hier niet vandaan

Ik was een meisje
dat nu eenmaal bestond
uit vele vrouwen

jij hebt er eentje bijgemaakt.

*


Oh jij,
jij bent zo’n grote meneer
ik kan jouw woorden wegstoppen,
maar zij past niet
in een doos zonder lont

woensdag 19 oktober 2011

En plots gebeurde er niets

Het begon in de herfst.


Er was een monsterlijke stilte, die niet alleen de geluiden maar ook bewegingen, ruimte en de adem verdrong. Het was een linke stilte, en het maakte dat ik hals over kop naar huis moest.

Ik had bedacht dat ik als ultieme wraak voortaan alleen nog maar prosa zou schrijven. En daarbij consequent de S voor een Z zou verwarren. Ik was erg progressief.

Mijn proza zou geschreven worden in een te klein lettertype, met vele afdwalingen en korte alinea's. Ze zou niet over de liefde gaan en ook niet over de alledaagsheid. Maar misschien wel over de alledaagsheid. In ieder geval zou ik af en toe een van de mannen die ik tegen kwam in de trein recenseren. Ik zou hen steevast één ster toekennen, gul was ik niet.

Ik mocht niet vergeten mijn eerste salaris aan een inktlint te besteden, zodat het allemaal zo lekker hipsterretro op de schrijfmachine zou onstaan. En ik mijn lief af en toe ook nog een briefje kon tikken. Het kleine lettertype bleek achteraf lastig te verwezenlijken, maar met courier new was ik wel content.

Ik zou de link van mijn blog veranderen.
Ik zou mijn facebook verwijderen.
Ik zou mijn haar groen en toen weer wit verven.


Ik zou alle feesjes bijwonen en al mijn mensen onderhouden. Mijn vader zei: 'De deur uit! Een schrijver moet wat meemaken' en dat zou ik doen.
Ik zou alle drankjes en alle straattegels proberen.
Vele sigaretten ook.

Ik zou mijn godsdienst opgeven en heel vaak schelden met 'christus!'. Ik zou mijn afspraken op het vliegveld niet meer vergeten, en nog iets vaker lachen om oerlelijke dingen.



En plots gebeurde er niets; een zin die eigenlijk van Herman Brusselmans kwam.




Maar een zin staat niet in onvoltooid verleden tijd als hij niet in onvoltooid verleden tijd staat.

maandag 17 oktober 2011

Ik weet niet wat er afgelopen tweeënhalf jaar in mij gevaren was

dat ik nog nooit muziek van Regina Spektor heb geplaatst.





We are not evacuating this house
We don't believe in you and your wrecking crew
We don't believe in you,
we don't believe in you

vrijdag 14 oktober 2011

Geen probleem

Nog één keer mijn verderfelijke proza.

De Nederlandse televisie brengt naast kwellingen wel eens wat moois is ter wereld.
Theo Maassen, één van mijn favoriete caberetiers en Denkers (ja) wiens citaten mij een middaglang doen glimlachen, Wim Helsen, een Vlaamse cabaretier wie ik voornamelijk adoreer om zijn Vlaamse tongval en Stefaan van Brabandt, een voor mij willekeurige Belg hebben het ontstaan van zoiets moois op hun geweten.
De serie Geen Probleem handelt over drie vrienden die elke week binnen huiselijke sfeer afspreken. Herman, Peer en Koentje zijn leraren van in de dertig met ieder eigen neuroses en eigenaardigheden, die ze onder elkaar hun beloop laten. Koentje is een onzekere zenuwpees die constant twijfelt aan zijn literaire kunnen, bang is om risico's te nemen in zijn carriere en liefdesleven. Daarnaast staat Herman, zwartkijker. Hij houdt de meeste monologen en heeft voor alles een definitie en weerwoord. Middenin zit Peer, de vriendenman van het gezelschap, die de boel zo'n beetje samenhoudt.

Het mooiste vind ik de manier waarop de schrijvers van de serie hun eigen hersenspinsels, theorieën, hoe weerlegbaar en banaal soms ook, hebben gebruikt. Het is dan ook een serie die voornamelijk draait om dialoog. Vaak zijn uitingen van Herman, Peer, en Koentje weinig vrolijk. De personages hebben zoals vele dertigers het gevoel dat ze de boot hebben gemist, dat ze vast zitten in hun werk, leeftijd, gezinsleven of karakter.

Herman, wanneer ieder noemt wat hij anders gedaan zou hebben in zijn leven, als het kon:
'Als ik iets had mogen veranderen, dan zou het toch.. mijn persoonlijkheid geweest zijn. Mijn karakter. En uiterlijk. En afkomst.'

Vriendschap lijkt het beste decor om deze ideeën in te laten dansen. Want zoals dat gaat onder vrienden, heerst een ongedwongenheid, waardoor de dialogen soms wendingen krijgen, of zich afspelen in situaties die nergens op slaan. Waarbij de opmerking 'nu je het zegt, Marjan ruikt naar kool' vijf minuten na een citaat als hierboven plaats kan vinden. Verder worden er ook idiote theorieën uitgewisseld, met als beste voorbeeld die van de 'Pluriforme Smurfengemeenschap'. Elk aflevering is gebouwd om een bepaalde gebeurtenis, die buiten de serie plaatsgevonden kan hebben. Zo is elke aflevering een rond geheel, maar zijn de zes afleveringen wel lineair en hebben ze invloed op elkaar.

Vorige week was Koentje jarig:
'Soms denk ik dat mijn leven al voorbij is terwijl het nog niet begonnen is. Het lijkt net of mijn leven maar niet wil beginnen. Ik wou dat mijn leven eens begon.'
Peer: 'Ik wou dat mijn leven eens ophield. Ik snap de clue waarom de mop nog doorvertellen?'

Dan wordt er ingegrepen, Herman's stem, uitschietend in Vlaamsigheid: 'moh boys, niet zo depri'. Of: ' Jij zit te gedijen bij je eigen infantiele ideeën, maar wij voelen ons door U in ons oor geneukt'.

En soms praat ieder voor zich.

Herman: Alleen bij pinquins wordt het eten eerst verteerd en daarna uitgebraakt.
Koen: Ik heb altijd gedacht dat ik maar 33 zou worden.
Herman: in de bek van de baby hè
Koen: ..wellicht mijn christelijk achtergrond.
Peer: Waar blijft dat cadeautje?
Herman: Die jongen eten dus in feite braaksel.
Koen: Maar zie, 36.
Herman: Maar ja, die weten niet beter hè.
Koen: Wie had dat gedacht.

Deze week hadden ze besloten zelfmoord te plegen. De gehele aflevering speelde zich af op het balkon.

"dat mijn moeder mijn geboorte op haar geweten heeft gehad, het is een lieve meid, maar dat heb ik haar nooit kunnen vergeven''

''Het streepje tussen iemands geboorte- en sterfdatum op een grafsteen, dat symboliseert iemands héle leven, dat is alles''

(Ik wilde zo graag de scenarist van die serie zijn, dat ik gisteravond een dialoog schreef die qua stijl en inhoud zo erg op de dialogen uit Geen Probleem lijkt, dat ik uiteindelijk gewoon maar de namen erbij zette.)

Er gebeuren natuurlijk ook wel wat dingen. Zo doet Herman na aflevering één een zelfmoordpoging, wordt er een nieuw lid in de vriendengroep geïntroduceerd en weer afgeschreven, en gaat Herman naar bed met de vrouw waar Koentje op wacht. En dit lijkt misschien de dramatiek voor een aflevering GTST, maar als de vrienden samenkomen staat de dramatiek in de dienst van de vriendschap, verdampt de ellende in elk woord dat ze met elkaar spreken, heeft de banaliteit van het samenzijn zijn eigen regels en worden de problemen die ze benoemen maar gewoon problemen die ze benoemen. Is er zogezegd, geen probleem.



Donderdag om 21:50 op nederland 3 is de laatste aflevering.

donderdag 13 oktober 2011

Alle monsters vieren feest

Ik hoorde zojuist een liedje van VOF de kunst, wat me deed denken aan zeven jaar oud zijn, toen ik het samen met mijn beste vriendinnetje nodig vond om daarop heel druk en raar te dansen, terwijl we een indianentooi en dikpak droegen.
We waren de debielen van vroeger, die grappen maakten waar ik nu nog steeds om lach (deze conclusie trek ik met name uit de boekjes van vroeger, waar ik zeker nog eens uit ga citeren) en we nog niet wisten wat jaloezie was, jaloezie, iets wat ik haat, maar waar ik me steeds vaker schuldig aan maak met schaamte (en nu leg ik dus een link met het liedje en de titel, hoewel je dat niet door hebt). En ook niet dat we zes jaar later zodanig van elkaar zouden vervreemden dat we in niets meer op elkaar zouden lijken. Hoewel ik nog steeds moet lachen als ik haar tegen kom.

Ik mis mijn dikpak
en ik mis mijn vriendinnetje.

Morgen bel ik haar op en vraag ik of we weer playmobil gaan spelen met het devies: we gebruiken alles wat we hebben ja een orka op een kinderboederij dat kan best. Of 'dat we 16 zijn' (zo heette dit echt), hoewel ik dat waarschijnlijk beter kon toen ik zeven was.

dinsdag 11 oktober 2011

Ik heb geen mening

Wat ik wel weet: het hebben van een vader is vast ontzettend leuk als je vader geen totale idioot is.
En: kunst is jokken.

Ik heb geen mening, maar wat ik wel weet:
je hoeft niet ongelukkig te zijn om te willen meeliften op andermans' geluk.

en: de meisjes van vroeger worden steeds vunziger.


Soms vind ik het fijn om me even te begeven tussen mensen
die ik niet ken, niet eens echt aardig vindt,
misschien.

Dan kijk ik naar ze en denk ik: ach,
wat zitten ze daar guitig schaamteloos,
met folie om hun haar gevouwen.
Want bij de kapper is dat normaal.

En ach, wat zit ik hier te glimlachen naar riet wat langs het water wuift
en mijn boek met veelvuldig gebruik van 'lans'
en naar de mensen die langslopen.

Dan denk ik weer, zo lang ze maar doorlopen, zo lang
ik maar.



Het moest ergens over gaan, maar ik heb geen mening,
misschien moet ik vaker naar de kapper.

woensdag 5 oktober 2011

How come you never go there?

Feist is de moeite waard.





Toen ik het opzocht typte ik 'feistje'

Ja, waardevolle info.

Vanavond, onder De Wereld Draait Door besefte ik dat ik het met mijn blog heel anders had moeten doen. Ik had make-up tutorials moeten maken en moest me laten sponsoren door een bekend merk. Maarja

Stiften

Omdat ik er heel hoerig niet voor uitkwam dat het eigenlijk andermans' woorden waren (zie 'Vijf stukjes waarin ik wat vertel', alleen deze trouwens)


















en dan nog een vieze. jakkes